Op een klein kaartje, waarschijnlijk de flap van een of
ander doos schreef hij in potlood:
“Hofleur 2 juli 1917
" Lieve zuster,. Wij zijn hier
toergerkomen en ik haast mij om een woord te schrijven en mijn adres te laten
weten Doet de complimenten aan allen, ook aan Capon. Aanvaard de beste groeten
van uwen broeder. Achille Vandamme, C J n°2/5 compagnie- Honfleur.”
Op 6 juli schrijft hij:
“ Beminde zuster, ik neem het
potlood in mijn hand om u eenige reken te schrijven en de staat mijner
gezondheid kenbaar te maken en verhoop van u hetzelfde. Alix, ik vind den tijd
lang om nieuws te krijgen. Gij
moet algelijk mijn eersten brief ontvangfen hebben.
Ik moet ook zeggen dart we
ons witte brood eerst gegeten hebben. Gij moogt gerust geloven de die die
hier zijn zonder geld zijn niet
gelukkig. Wij moeten vele marsen doen. Wij hebben al onze kleederen en wapens
en morgen moeten wij om 9 uren een bad pakken in de zee. Wij moeten smorgens op
om 5 uren en ‘savonds om 9 uren…Om 6 smorgens hebben we onze kaffie, smiddags
eenweing aardappelen met een weinig vleesch en savonds een weinig ris. Alix, ik
moet u nog zeggen dat ik gisteren Valeer Smyter gezien heb en hij heeft mij
gezeid dat Marsel getrouwd was. Nu in afwachting van een klein antwoord
aanvaard dse beste groeten vanuwen toegenegen Broeder Achille.”