BLIJ WEERZIEN...
" Front 2/11/18 “ Ik kom u het goede nieuws vertellen. Ik
heb Martha gaan bezoeken en goed gevonden. Ik ben eerst naar
nonkel Emile geweest en van daar heb ik naar nonkel August geweest
die ook in Lauwe woont seder een jaar en dan heb Slinna met een van
nonkel Emiels achter Martha geweest. Het was bijna donker als zij
vertrokken zijn en ze zijn 's anderen daags smorgens met Marha afgekomen. Toen
ik oorde dat ze inkwamen voelde ik bijna geen grond meer. Ge kunt peinzen meer
dan 4 jaar elkander niet meer gezien hebben en ik herkende bijna haar niet
meer. Zij is zoo verandert en vervet. Zij is wel versnelt en des avond hebben
wij goed gelachen, ik en Jul van nonkel August hebben geheel den avond gezongen
dat dunderde. Gij had daar ook moeten zijn om zoo schoone te lachen,
martha zei het ook. Ik heb daar 2 dagen geweest en het heeft mij niet verveelt.
Gij mag het geloven ik had gisteren avond als ik thuis kwam niet veel tijd meer
om te schrijven.
Ik
heb geschreven naar huis en het portret van Martha en van nonkel August naar
huis gezonden. Gij zal het meschien ook al gezien hebben. ik heb ook het
portret van nonkel Emiels ge vraagt of en zij hebben het niet willen
geven. Gij mag geloven dat zij niet schoon gedaan hebben met nonkel August en
met Martha binst den oorlog. Ik was daar ook niet wel k' was veel beter bij
nonkel August.
Nu ik en Martha hebben ons te gare doen
trekken in Lauwe en als ze gedaan zijn zal ik dan een opzenden. Nu alice,
gij mag geloven dat Martha en al, dat ze veel afgezien hebben 4 jasr lang bij
de duitsch. Het was toch zoo content van mij te zien, dat arme schaap. Maar ik
was ook content .
Nu als de conge zullen open gaan
zal ik u schrijven achter geld want ik zal komen met Martha en zij hebt geen
belgsch noch fransch geld, t'is al duitsch en om haren trein te betalen zal ze
moeten fransch geld hebben en ik zal Martha alleszins mede hebben als ik kom.
Martha hebt ook ne brief geschreven. Ik heb hem in onze boite gestoken omdat
gij hem sebit zouw hebben.” "